familie | Ruwbladigenfamilie (Boraginaceeën) |
info familie | De familie is duidelijk te herkennen aan de in schichten geplaatste bloemen, d.w.z. in twee rijen, naast elkaar, afwisselend naar rechts- en linksboven gericht. Deze schichten zijn vaak aan de top opgerold en ontrollen zich tijdens het ontluiken. De bladen zijn vaak ruw- , maar ook zachtharig of zelfs onbehaard. Het vruchtbeginsel is duidelijk van buiten in vieren gedeeld met de stijl in het midden. Hieruit ontstaat een splitvrucht die in vier op zaden lijkende dopvruchtjes uiteenvalt. Dit kenmerk zie je ook bij de Lipbloemigen, maar ze onderscheiden zich van deze door de nooit regelmatig kruiswijs staande bladen en door de 5 meeldraden. Veel soorten hebben naar binnen uitstekende plooien in de bloemkroon, de zgn. kroonschubben, die dikwijls de stamper en meeldraden bijna geheel overdekken Ruwbladigen hebben opvallende bloemen en worden druk bezocht door insecten. Aan de dopvruchtjes zitten vaak weerhaakjes. |
naam | weegbreeslangenkruid (Echium plantagineum) |
waar | ruderaal terrein |
bloei | februari - juli (in Spanje) |
kleur | paarsblauw |
blad | onderste spatelvormig of ovaal, bezet met haren, met duidelijke nerven, bovenste lancetvormig |
vrucht | nootje 2,5x2 mm, driehoekig, bleek grijsbruin |