Klik op de afbeelding voor vergrote weergave met beschrijvende tekst
Zwarte els (Alnus glutinosa)
Het meest opvallend aan de Zwarte els (en andere elzen) zijn de elzenproppen. Dit zijn de vrouwelijke katjes. Ze zijn ovaal van vorm en gesteeld (vergelijk de ongesteelde katjes van de Witte els). Er zitten 3-5 katjes bij elkaar. De elzenproppen worden gevormd door de vrouwelijke bloemen. De schutblaadjes van deze bloemen verhouten en blijven tot wel anderhalf jaar aan de boom zitten. In de oksels van de schutblaadjes zitten de vruchtjes.
Al in de late winter, nog voordat de bladeren verschijnen, verschijnen de mannelijke katjes. Ze zijn langwerpig en bleek paarsrood van kleur. Ook kun je dan de nieuwe, wat paarse knoppen van de vrouwelijke katjes zien.
De Zwarte els groeit vooral langs het water. Het is een donkere, vaak meerstammige boom. De schors is zwart-bruin en sterk gegroefd.
Het blad is groot en rond tot omgekeerd eirond. De top van het blad is stomp, uitgerand en de randen zijn grof dubbel gezaagd. Er zijn 5-6 nerven. De onderzijde van het blad is kaal, behalve de nerfoksels. Jong zijn ze kleverig.
Ook de jonge takken zijn enigszins kleverig, doordat ze harsklieren dragen. De jonge takken zijn wat driehoekig van vorm. Vergelijk de jonge takken van de Witte els, deze zijn rond op doorsnede en niet kleverig.
Vergelijk Witte els:
bladen in volwassen toestand van onderen kort behaard, tenslotte vaak bijna kaal, eirond tot langwerpig eirond, aan de top spits of kort toegespitst, dubbel gezaagd, van onderen blauwgroen, in jonge toestand nauwelijks kleverig. Jonge takken niet kleverig, bijna viltig. Bast grijs of geelachtig, glad.
Kenmerken van het geslacht els (Alnus) waartoe Zwarte els behoort.
Er zijn twee soorten: de zwarte els en de witte els. Het verschil zit vooral in het blad.
Zijn er alleen nog maar katjes te zien, dan is de aan- of afwezigheid van een duidelijk steeltje een kenmerk (duidelijke steel bij Zwarte els, onduidelijk steeltje bij Witte els)