familie | Ganzenvoetfamilie (Chenopodiaceae) |
info familie | Deze familie wordt tegenwoordig tot de Amarantenfamilie gerekend. Omdat het een lastige familie is die voor een groot deel bestaat uit kustplanten beschrijf ik de Ganzenvoet toch maar als aparte familie. De naam is ontleend aan de vorm van het blad dat op een ganzenpootje lijkt. Deze vorm geldt dan vaak voor het onderste blad, het bovenste blad is meestal lang en smal. Zoals gezegd, de Ganzenvoetfamilie is een lastige familie om te determineren. Het belangrijkste kenmerk vormen de meestal kleine bloemen. Deze hebben geen kelk en kroon, maar een enkelvoudig bloemdek, of helemaal geen bloembekleedsels (-blaadjes). Vaak hebben ze 5 of minder meeldraden, of alleen een stamper met 2-4 stempels. Het zijn dus eenslachtige bloemen. De onopvallende bloempjes hebben nauwelijks honing en worden weinig door insecten bezocht. Maar het zijn ook geen echte windbloemen, daarvoor is het stuifmeel te kleverig. Blijft zelfbestuiving over. Voor het herkennen van de plant is het belangrijk goed te kijken naar de al dan niet aanwezige bloemdekblaadjes, en als deze er zijn, naar hoe ze eruit zien. Vaak groeien de 2 bloemdekblaadjes uit tot een beursje waar de vrucht in ligt. Daarnaast is ook de vorm van het blad belangrijk. De Ganzenvoetfamilie is zoutminnend en je vindt de planten dan ook veel aan het strand of op zeer droge grond. Zoals bij veel planten die onder zware omstandigheden moeten zien te overleven, hebben ook de leden van de Ganzenvoetfamilie dikke, vlezige bladen of stengels. Tot de familie Ganzenvoet behoren o.a. Zeekraal, Vlieszaad, Loogkruid, Schorrenkruid, Melde-soorten en Ganzenvoetsoorten. |
naam | melganzenvoet (Chenopodium album) |
waar | vooral op braakliggend terrein |
bloei | juli - herfst |
kleur | wit |
blad | verspreid staand, zeer variabel van vorm, onderste bladen breder en bochtig getand tot spies- of ruitvormig, bovenste bladeren gaafrandig en lancetvormig, grijs bestoven |
vrucht | gladde zaden, breder dan hoog, hoogte 1,6 mm |