Klik op de afbeelding voor vergrote weergave met beschrijvende tekst
Jacobskruiskruid (Jacobaea vulgaris subsp. vulgaris)
Als de plant in volle bloei is, zijn de onderste bladen al verdwenen. Verwarring is er nog al eens met de ondersoort Duinkruiskruid. Het Jacobskruiskruid heeft behalve buisbloemen ook straalbloemen. Het Duinkruiskruid heeft, evenals het Klein Kruiskruid, alleen buisbloempjes. Bij het Klein kruiskruid zijn de bloemhoofdjes klein, langwerpig en smal. Op zowel het Jacobskruiskruid als het Duinkruiskruid vind je vaak de zebrarupsen van de Sint_Jacobsvlinder.
Kenmerken van het geslacht Jacobskruiskruid (Jacobaea) waartoe Jacobskruiskruid behoort.
Het geslacht Jacobskruiskruid behoorde vroeger tot het geslacht Senecio. Op basis van DNA-kenmerken is het Jacobskruiskruid afgesplitst van deze groep.
Het Jacobskruiskruid verschilt van de Senecio-soorten in het aantal binnenste omwindselbladen en lintbloemen. Het aantal omwindselbladen bij het Jacobskruiskruid is gelijk of 1 hoger dan het aantal lintbloemen. Bij Senecio-soorten zijn het er 1,5-2 maal zo veel.
Een tweede verschil kun je met een loepje zien bij de vruchtwand. Deze is bij het Jacobskruiskruid glad en bij de Senecio-soorten fijn papilleus.
Er zijn diverse kruiskruiden.
In de duinen tref je vooral het Duinkruiskruid aan. Dit is een ondersoort van het Jacobskruiskruid. Het verschil zit in de lintbloemen (straalbloemen) - het Duinkruiskruid heeft alleen buisbloemen. Hierdoor lijkt het op het boerenwormkruid. De laatste heeft echter een meer varenachtig blad.
Kruiskruid is bijzonder giftig voor dieren. De enige die hier zijn voordeel mee doet is de rups van de Sint_Jacobsvlinder, voor wie het Jacobskruiskruid de waardplant is: door het gif in zijn lijf wordt de rups onaantrekkelijk om gegeten te worden. De rups is door zijn ′zebrastrepen′ gemakkelijk te herkennen.