Klik op de afbeelding voor vergrote weergave met beschrijvende tekst
Bitterkruid (Picris hi��racio��des)
Het Bitterkruid is echt een plant van de duinen. Van een afstandje kan ze verward worden met de (zee)melkdistel, die ook hoog oprijst, vertakt is en goudgele bloemen heeft. Zodra je echter even aan het blad voelt, herken je de plant als Bitterkruid. Het blad voelt stekelig aan door de stevige beharing, de rand is getand en enigszins gekroesd. De bladvorm is langwerpig tot lancetvormig. De bladeren bovenaan de stengel hebben geen steeltje en zijn vaak halfstengelomvattend. De onderste bladeren hebben een kort steel en staan in een rozet.
Ook de rest van de plant voelt ruw aan door de borstelachtige beharing. De haren aan de top hebben 2 of 3 teruggekromde haakjes.
De stengel is stijf, vertakt en bebladerd.
De bloemhoofdjes staan in een losse, platte tros. De buitenste omwindselblaadjes staan teruggebogen uit (bij het eveneens gelijkende Schermhavikskruid naar achteren gebogen!). De binnenste omwindselblaadjes staan tegen het bloemhoofdje gedrukt.
De plant bevat melksap.
De pluisjes aan het nootje (pappus) zijn veervormig. Nootjes kort gesnaveld.
Samen met Schermhavikskruid tref je de plant veel aan langs de zeereep.
Op het bitterkruid parasiteert de bitterkruidbremraap.
Kenmerken van het geslacht Bitterkruid (Picris) waartoe Bitterkruid behoort.
Bitterkruid herken je aan de stijf behaarde, vertakte, bebladerde stengel. De goudgele, grote bloemhoofdjes staan in een losse, platte tros.