Klik op de afbeelding voor vergrote weergave met beschrijvende tekst
Stinkparasolzwam (Lepiota cristata)
Kenmerkend voor de Stinkparasolzwam is vooral dat de geur onaangenaam is, heel erg onaangenaam zelfs. Kortom, de Stinkparasolzwam stinkt!
Verder herken je de zwam aan de witte hoed met donker roodbruin centrum. Bij het spreiden van de aanvankelijk klokvormige hoed barst deze open in roodbruine, concentrische geplaatste schubjes. Het centrum blijft echter intact.
De lamellen staan vrij van de steel en zijn wit.
De steel is bleek rossig en overlangs vezelig. Hoog op de steel zit een wittige, opstijgende ring, die echter vaak loslaat.
De sporen zijn gespoord, 5.5-8.5x2.5-3.5 mu groot en dextrinoid.
Cheilocystiden 15-50x7-5 mu, knotsvormig.
Pileipellis een hymeniderm, cellen 15-70x5-20 mu, smal knotsvormig.
De Stinkparasolzwam is een algemeen voorkomende zwam, saprotroof, op humeuze bodem in diverse biotopen.
Kenmerken van het geslacht Parasolzwam (Lepiota) waartoe Stinkparasolzwam behoort.
Parasolzwammen uit het geslacht Lepiota zijn kleiner dan die uit het geslacht Macrolepiota, waarvan de hoed een diameter heeft van meer dan 15 cm. Parasolzwammen groeien op de grond, met een voorkeur voor rijke kalkhoudende bodems.
De hoed is tot 10 cm groot en bedekt met schubjes. De lamellen staan vrij van de steel. De slanke steel heeft een ring en is vaak bedekt met velumvlokjes. De sporen zijn wit.
Veel soorten parasolzwammen zijn giftig, sommige zelfs dodelijk.