Klik op de afbeelding voor vergrote weergave met beschrijvende tekst
Mestbekerzwam (Peziza fimeti)
Peziza fimeti
Kleine, bruine bekertjes op konijnenkeutels, dat is microscoopwerk en heel veel gepuzzel. De bronnen geven niet alle dezelfde kenmerken.
De start gaat nog wel, blauwe asci-topjes in Melzer′s brengen je bij het geslacht Peziza. Gladde sporen en op mest groeiend brengen je bij P. fimeti. Maar dan begint de puzzel. Als je foto′s bekijkt zie je robuuste lichtgekleurde, komvormige zwammen en platte, donkerbruine, vrij platte zwammen.
Pad 1
sporen < 18 mu lang, parafysen draadvormig.
Sporen glad, 15-16/7-8 mu, vruchtlichaam tot 2 cm breed, bekervormig, hymenium okerkleurig tot lichtbruin met olijftint, buitenzijde van gelijke kleur en bruin kleiig => ss Dennis, Seaver
Pad 2
Sporen >18 mu lang
Sporen 19-22/9.5-12 mu, parafysen draadvormig of bij de septen iets ingesnoerd. Vruchtlichaam tot 2 cm breed, zittend, vlak bekervormig tot uitgespreid.
Hymenium okerbruin tot oranjebruin, buitenzijde gelijke kleur of bruin kleiig. Rand gekarteld.
=> ss Donadini, Gamundi
Kenmerken van het geslacht Bekerzwam (Peziza) waartoe Mestbekerzwam behoort.
Er komen in Nederland 45 soorten van dit geslacht voor.