Klik op de afbeelding voor vergrote weergave met beschrijvende tekst
Gordijnzwam spec (Cortinarius spec. )
Gordijnzwammen.... de meest kansloze groep onder de kansloze groepen paddenstoelen (satijnzwammen, franjehoedjes, vaalhoedjes). Een zoektocht op het internet levert niet veel meer op dan eindeloze discussies over indeling en naamgeving en talloze pogingen om te komen tot sleutels. Zonder al te veel bruikbaar resultaat voor een amateur.
Cortinarius is de grootste groep paddenstoelen ter wereld, men schat dat er meer dan 1000 soorten zijn. De talrijke soorten worden ook vlijtig beschreven, maar al die beschrijvingen lijken meer verwarring dan duidelijkheid te scheppen. Modern DNA-onderzoek zet alles weer op zijn kop.
Kenmerkend voor gordijnzwammen zijn de roestbruine sporen en het gordijn. Het gordijn is niet hetzelfde als het velum. Velum omhult de gehele jonge paddestoel, het gordijn is een spinnenwebachtig weefsel tussen hoedrand en steeltop. Ook geur kan bij gordijnzwammen een belangrijke rol spelen. De geur van geraniums, vers gebakken brood of bieten helpt je een stuk op weg bij determinatie.
Van oudsher worden de gordijnzwammen onderverdeeld in een aantal subsoorten. In Coolia 41/4, blz. 216-242 komen Dam/Kuyper tot 33 subgroepen, maar dat was in 1998. In latere publicaties lichten ze diverse groepen toe.
Een aantal punten waar je in elk geval op moet letten om enigszins in de buurt van determinatie te komen zijn:
Is de hoed (en soms ook steel) slijmerig of kleverig? Of zijn hoed en steel droog?
Wat is de exacte kleur van de hoed en de steel, zijn er violette tinten aanwezig?
Is de hoed hygrofaan?
Is de hoed gestreept?
Is de hoed glad, zijdeachtig of pluizig, schubbig, vezelig of viltig?
Wat is de kleur van het velum?
Wat is de kleur van de jonge lamellen?
En onder de microscoop: wat is de vorm van de sporen? zijn er cystiden? is het pigment oplosbaar in KOH?
En als je dit dan allemaal en nog een aantal zaken weet, dan heb je misschien de subgroep waartoe de gordijnzwam behoort.
Kansloos dus.
Kenmerken van het geslacht Gordijnzwam (Cortinarius) waartoe Gordijnzwam spec behoort.
Gordijnzwammen zijn te herkennen aan het "gordijn". Dit is een spinnenwebachtig weefsel tussen de hoedrand en top van de steel en dient om de in ontwikkeling zijnde lamellen met de sporen te beschermen. Wanneer de jonge paddestoel groeit breekt het weefsel (velum) en kunnen er restjes weefsel achterblijven langs de hoedrand en op de steel. De steel heeft dan een ring (" paddestoel met rokje").
Dit weefsel (velum partiale) is niet hetzelfde als het velum universale. Het velum universale komt bij praktisch alle lamelpaddestoelen voor en omhult het hele vruchtlichaam. Wanneer het breekt blijven er vaak restjes achter op de hoed in de vorm van schubjes (zie bijvoorbeeld de Vliegenzwam "een grote paddestoel rood met witte stippen") en aan de steelvoet. Bij vooral de Amanieten vormen de resten aan de steelvoet een duidelijke zak.
Bij de Gordijnzwammen zie je de restanten van het velum universale als vlokjes langs de hoedrand en aan de voet van de steel. Het velum is wit of bruin van kleur.
Restjes van het velum partiale vormen een smalle ring op de steel. Deze ring kleurt weldra oranje door de sporen die erop vallen. Deze oranje ring is wel het handigste kenmerk van de gordijnzwammen. De sporeekleur is geelbruin,roestbriun, donkerbruin, zwartbruin.
Het determineren van gordijnzwammen is een ingewikkelde klus. Vooral omdat door DNA-onderzoek het hele geslacht momenteel op de schop is en veel informatie inmiddel achterhaald is.
Helaas zijn gordijnzwammen erg mooie paddestoelen. Juist door hun wat rommelige uiterlijk met de witte en oranjegekleurde velumrestjes en vaak fraaie kleuren. En dus ga je tegen beter weten in toch weer proberen om de gevonden gordijnzwam op naam te brengen.
Het eerste kenmerk waar je op moet letten is of het hoedje slijmerig of kleverig of juist droog is en of het hoedje hygrofaan is of niet (heeft het droge hoedje een andere kleur dan het natte hoedje? )
Als tweede punt is de geur belangrijk. Deze kan soms heel uitgesproken zijn: de geur van geraniums of de geur van rode bietjes of aardachtig. Heb je deze uitgesproken geuren gevonden dan kun je de paddestoel in elk geval in een subgroep indelen.
De gordijnzwam is een ectomycorrhizavormende paddestoel. Dat wil zeggen dat hij afhankelijk is van een bepaalde boomsoort. Daarom is het belangrijk om te weten bij welke boom de gevonden gordijnzwam staat.
Daarna moet meestal de microscoop er aan te pas komen.