Arcyria obvelata (A. nutans - E. Nannenga)
Kenmerkend is de lange, lichtgele, meestal liggende pluim. Het capillitium is gemakkelijk weg te blazen uit de kom.
Sporangia okergeel, in groepjes, kort gesteeld tot bijna zittend, 1-5-2.0 mm hoog.
Steel geel of geelbruin, geleidelijk overgaand in peridium, gevuld met cysten (aan de voet 25 mu)
Peridiumkom trechtervormig, binnenzijde met fijn net van stekels.
Capillitiumnet zeer elastisch, uitzettend tot lange, neerliggende pluim, zwak en alleen met steel verbonden, buizen 3-5 diam., met vrij veel knotsvormige vrije einden, soms overlangs gestreept, bedekt met stekeltjes, wiggen, halve ringen en soms netje van fijne richels.
Sporen bij doorvallend licht bleekgeel tot kleurloos, 7-8 mu met zeer fijne wratjes en enkele grote, soms in groepjes.
Plasmodium wit.