Dove heidelucifer (Cladonia macilenta)

Dove heidelucifer


De Dove heidelucifer heeft fijn soredieuze, staafvormige bekers die uitlopen in een punt. De grondschubben zijn klein, weinig ingesneden en langs de rand fijn soredieus. De onderzijde van de grondschubben is wit met vaak hier en daar een geel-oranje vlekje. Dit laatste duidt op rode apotheciën.

Pycnidiën en apotheciën puntvormig en zwart of rood gekleurd. Ze zitten aan de top van de bekers.

De Dove heidelucifer komt veel voor op de grond en op strooisel in heidegebied. Ook vaak te vinden op rottend hout en boomstronken. De soort is soms epifytisch of komt voor op steen of op oude muren.
De Dove heidelucifer heeft vaak gezelschap van Smal bekermos (C. coniocraea). De soorten lijken nogal op elkaar.
Smal bekermos is groener van kleur en mist de oranje vlekjes op de grondschubben. De beker is in het bovenste deel fijn soredieus. Het onderste deel is beschorst en bebladerd (schubjes). De grondschubben zijn schaars soredieus langs de randen en aan de onderzijde. Apotheciën zijn bruin, indien al aanwezig.

Klik op de afbeelding voor vergrote weergave met beschrijvende tekst