familie | Stuifballen (Tulostomataceae) |
info familie | Stuifballen hebben anders dan de Stuifzwammen een duidelijke, lange steel. Het bolletje is relatief klein. Ook scheuren Gesteelde stuifballen niet in hun geheel open, in plaats daarvan hebben ze een kleine opening. Stuifballen kom je veel tegen in de grijze duinen. Ze hebben een eigen overlevingstaktiek in de vaak minder gunstige omstandigheden. De vruchtlichamen verschijnen in de oktober-november en groeien langzaam. Als ze volgroeid zijn moeten ze eerst uitdrogen. Zo hebben de sporen de tijd om te rijpen en geleidelijk komen ze door de kleine opening in het bolletje naar buiten. Tot in maart kun je de bolletjes vinden, maar meestal zijn ze dan wel leeggestoven. Er zijn inmiddels vier soorten Gesteelde stuifballen bekend in ons land. Om ze van elkaar te onderscheiden kijk je naar de stuifopening en naar de steel. De stuifopening ziet er uit als een klein schoorsteentje, rond het schoorsteentje is een donkerder gekleurde ring en de steel is donker ==> Donkerstelige stuifbal (T. melanocyclum). De stuifopening ziet er uit als een klein schoorsteentje, rond het schoorsteentje is een donkerder gekleurde ring en de steel is witachtig of bleekbruin ==> Gesteelde stuifbal (T.brumale). De stuifopening ziet er uit als een klein schoorsteentje, de kleur is gelijk aan die van het bolletje en de steel is bedekt met een stro-achtig laagje dat bij het ouder worden afschilfert, de onderliggende laag is fijn wit gevoord ==> T. kotlabae Er is geen schoorsteentje, de stuifopening is wat ruw en van gelijke kleur als het bolletje ==>Ruwstelige stuifbal (T. fimbriatum) |
naam | ruwstelige_stuifbal (Tulostoma fimbriatum) |
waar | Duingrasland. Open, zandige, mosrijke plekken in de duinen |
sporeekleur | vers in de herfst, wel het hele jaar te vinden |
hoed | lichtgrijs, onderaan altijd bekleed met zand |
steel | roodbruin, overlangs vezelig, 3-8 cm lang, met knolvormige basis |
plaatjes | sporenmassa okerkleurig |