Klik op de afbeelding voor vergrote weergave met beschrijvende tekst
Regenboogrussula (Russula cyanoxantha)
De Regenboogrussula heeft een bont gekleurde hoed, de kleuren gaan over van lila naar grijs naar blauw en naar groen. Soms is de hoed geheel groenachtig.
Kenmerkend zijn
- de dicht op elkaar staande lamellen die vettig aanvoelen en elastisch zijn, d.w.z. dat ze niet gemakkelijk afbrokkelen als je er langsstrijkt.
- de onopvallende geur
- de milde smaak
- de steel reageert niet op bekrassen met het toversteentje (kristal ijzersulfaat).
- witte sporee
De Regenboogrussula groeit bij loof- en naaldbomen in lanen en bossen op zure en kalkhoudende zand- en leemgronden en wordt opvallend vaak gevonden in stadsparken, plantsoenen en op kerkhoven.
Kenmerken van het geslacht Russula (Russula) waartoe Regenboogrussula behoort.
Russula′s geven bij kneuzing geen melksap af zoals de tot deze familie behorende melkzwammen. De lamellen zijn aangehecht en kenmerkend doordat er geen korte tussenlamellen zijn. De sporen zijn wit tot dooiergeel. De steel is cilindrisch tot knotsvormig.
Het determineren van Russula′s is vooral een kwestie van proeven en ruiken, de hoedhuid aftrekken en krassen met het toversteentje.
Toversteentjes zijn kristallen ijzersulfaat. Ze zijn niet in de handel verkrijgbaar. Je schijnt ze te kunnen maken door roestige spijkers een tijdje in mosdoder te leggen.