Klik op de afbeelding voor vergrote weergave met beschrijvende tekst
Purpersnedemycena (Mycena pelianthima)
Op het eerste gezicht is de Purpersnedemycena een weinig spectaculaire paddestoel. De forse mycena doet wat aan een Elfen- of Heksenschemrpje denken, als je al aan een mycena denkt bij het zien van deze paddestoel.
De hoed heeft een doorschijnend gestreepte rand en is wat onbestemd grijzig met een zweempje paars gekleurd. De hoed is hygrofaan en verkleurt bij droogte naar bleekbruin. Geen paddestoel dus waar je direct verrukt voor op de knieën gaat.
Verrassend is dan een kijkje onder de hoed. De min of meer paarsige lamellen hebben een fraaie, purper gekleurde lamelsnede. De cystiden op de lamellen hebben een paarsbruine inhoud en zijn zichtbaar op het lameloppervlak als kleine purperen vlekjes.
De steel is zijdeachtig bleek vleeskleurig en in lengterichting bedekt met purperkleurige vezeltjes.
Sporen 6.5-8.5 x 3.5-4.5 mu, Qav=1.6-2, ellipsvormig, amyloïde.
De cystiden zijn smal flesvormig en tot 100 mu lang, ze hebben een purperbruine inhoud.
De hyfen van het hoed- en steeloppervlak zijn glad.
De Purpersnedemycena groeit op het bladerdek rond beuken.
Kenmerken van het geslacht Mycena (Mycena) waartoe Purpersnedemycena behoort.
Kenmerkend voor de vele soorten mycena's zijn de bleke lamellen en de witte sporen. De steel is lang en dun, het hoedje dunvlezig, gewelfd of klokvormig met een doorschijnend gestreepte rand. Leuke sierlijke paddenstoeltjes.