Klik op de afbeelding voor vergrote weergave met beschrijvende tekst
Hondskruid (Anacamptis pyramidalis)
Bij de naam "Hondskruid" denk je niet direct aan een mooie plant als de orchidee. De naamgevers van deze naam moeten dan ook praktische mensen zijn geweest, die minder bezig waren met de schoonheid dan met het gebruik van een plant. De benaming "honds" werd namelijk gegeven aan planten die totaal nutteloos geacht werden, planten die noch geschikt waren voor comsumptie noch voor medicinale toepassingen. Dit in tegenstelling tot de toevoeging "officinalis (gewoon) " die gegeven werd aan planten die "in dienst stonden van de wetenschap", medicinale planten dus.
Kenmerkend voor het Hondskruid (Anacamptis pyramidalis) is de piramidevormige bloeiwijze. De bloemen zijn roze tot donkerroze van kleur.
Het Hondskruid is een slanke plant die tot 50 cm hoog kan worden. Het blad is gootvormig, smal lancetvormig. De hogere bladen zijn stengelomvattend en tijdens de bloei deels verdord. De piramidevormige bloeiwijze is dichtbloemig en kort. De vorm van de bloeiwijze is in een later stadium meer eirond.
De bloemen zijn klein en meestal donkerroze. De lip is drielobbig en heeft 2 lijsten naast de spooringang. De spoor is enigszins omlaag gebogen, zeer dun en veel langer dan het vruchtbeginsel.
In het zuiden van Nederland bloeit het Hondskruid van half mei tot eind juni. In de duingebieden bloeit de soort tot eind juli.
Hondskruid groeit op zonnige tot licht beschaduwde, matige droge plaatsen op lichte, kalkrijke, humushoudende, basische grond. In de duinen kun je haar vinden op noordhellingen. Pioniersvegetaties zijn tegenwoordig ook te vinden langs slootkanten, in wegbermen, op dijken en braakliggende industrieterreinen.
Het Hondskruid kent een aantal variëteiten. Ook de soort die in het duingebied groeit wordt door sommige auteurs tot een variëteit gerekend, A. pyramidalis var dunensis.
Kenmerken van het geslacht Hondskruid (Anacamptis) waartoe Hondskruid behoort.
-