Rode ganzenvoet

Klik op de afbeelding voor vergrote weergave met beschrijvende tekst

Rode ganzenvoet (Chenopodium%20rubrum)

Het volwassen blad van de Rode ganzenvoet loopt spits af op de steel en is groen of roodschtig, zonder witachtige bestuiving, ingesneden, niet glimmend en niet met klieren bezet. De bloempluim staat rechtop.
Kenmerken van het geslacht Ganzenvoet  (Chenopodium) waartoe Rode ganzenvoet behoort.

Het blad van de Ganzenvoet is breed en vrij lang.
Anders dan bij het geslacht Melde groeien de blaadjes rond de stamper niet door, wel krijgen ze soms stekels of ze worden vlezig en rood. De bloemen van leden van het Ganzenvoet zijn tweeslachtig, dus de stamper en de meeldraden staan in 1 bloem. De stamper en later het vruchtje staan vrij in het bloemdek (bij het geslacht Biet zijn de stamper en het bloemdek aan de voet vergroeid.

SPECIFICATIES - rode_ganzenvoet
familieGanzenvoetfamilie (Chenopodiaceae)
info familieDeze familie wordt tegenwoordig tot de Amarantenfamilie gerekend. Omdat het een lastige familie is die voor een groot deel bestaat uit kustplanten beschrijf ik de Ganzenvoet toch maar als aparte familie.

De naam is ontleend aan de vorm van het blad dat op een ganzenpootje lijkt. Deze vorm geldt dan vaak voor het onderste blad, het bovenste blad is meestal lang en smal.
Zoals gezegd, de Ganzenvoetfamilie is een lastige familie om te determineren.
Het belangrijkste kenmerk vormen de meestal kleine bloemen. Deze hebben geen kelk en kroon, maar een enkelvoudig bloemdek, of helemaal geen bloembekleedsels (-blaadjes). Vaak hebben ze 5 of minder meeldraden, of alleen een stamper met 2-4 stempels. Het zijn dus eenslachtige bloemen. De onopvallende bloempjes hebben nauwelijks honing en worden weinig door insecten bezocht. Maar het zijn ook geen echte windbloemen, daarvoor is het stuifmeel te kleverig. Blijft zelfbestuiving over.
Voor het herkennen van de plant is het belangrijk goed te kijken naar de al dan niet aanwezige bloemdekblaadjes, en als deze er zijn, naar hoe ze eruit zien. Vaak groeien de 2 bloemdekblaadjes uit tot een beursje waar de vrucht in ligt. Daarnaast is ook de vorm van het blad belangrijk.
De Ganzenvoetfamilie is zoutminnend en je vindt de planten dan ook veel aan het strand of op zeer droge grond. Zoals bij veel planten die onder zware omstandigheden moeten zien te overleven, hebben ook de leden van de Ganzenvoetfamilie dikke, vlezige bladen of stengels.
Tot de familie Ganzenvoet behoren o.a. Zeekraal, Vlieszaad, Loogkruid, Schorrenkruid, Melde-soorten en Ganzenvoetsoorten.
naam rode_ganzenvoet (Chenopodium rubrum)
waar open, vochtige tot natte, stikstofrijke, vaak zware grond, vaak op drooggevallen plaatsen, ook op zilte en brakke bodem
bloei juli - herfst
kleur bloemdekblaadjes roodachtig
blad onderste bladen meestal gegolfd, getand of gelobd. Middelste en onderste bladen aan de onderzijde groenglanzig en zonder melige beharing. Al dan niet vlezig
vrucht zaden zichtbaar tussen de bloemdekbladen