Klik op de afbeelding voor vergrote weergave met beschrijvende tekst
Poederzwamgast (Nyctalis%20asterophora)
Kleine witte poederachtige bolletjes die meestal op het zwarte, rottende vruchtlichaam van een melkzwam of (grofplaat)russula groeien. De sporen zitten op de hoed (ongeslachtelijke chlamydosporen) en kleuren bruin bij het ouder worden, ze zijn stervormig. Eventuele geslachtelijke sporen (basidiosporen) zijn kleurloos.
De Poederzwamgast heeft meestal geen of nauwelijks ontwikkelde lamellen. De geur is meelachtig, maar wordt meestal overheerst door de stank van de rottende gastheer. De paddestoel komt voor van september tot november en is vrij algemeen.
De Plaatjeszwamgast met duidelijke lamellen is zeldzaam.
Kenmerken van het geslacht Zwamgasten (Asterophora) waartoe Poederzwamgast behoort.
Uit dit geslacht zijn 16 soorten bekend. In onze streken komen er 2 voor - de Poederzwamgast en de Plaatjeszwamgast. Ze parasiteren op Russula′s en Melkzwammen.