Groot dikkopje (Ochlodes%20sylvanus)

Het handigste kenmerk van het Groot dikkopje zijn de haakjes aan de voelsprieten.

Het Groot dikkopje behoort tot de Dikkopjes-familie.
Dikkopjes hebben een korte, relatief brede kop - de afstand tussen de antennen is groter dan de diameter van het oog.
Dikkopjes hebben ook een relatief lange roltong en de sprietknop eindigt in een haakje.
In Nederland komen 14 soorten voor die weer onderverdeeld worden over drie onderfamilies.
De oranje en bonte dikkopjes vliegen met een huppelende vlucht en klappen in rust de voorvleugels samen terwijl de achervleugels opengevouwen en gespreid blijven.

Het Groot dikkopje vliegt vooral in juni en de eerste helft van juli.
De voelsprieten hebben altijd haakjes. Vergelijk de Kommavlinder en de Zwart- en Geelsprietdikkkopjes die geen haakje aan de voelsprieten hebben .
De onderkant heeft vaak, net als het geelsprietdikkopje, gele of oranjegele schubben.
Kenmerkend voor het mannetje is de duidelijke zwarte geurstreep die niet evenwijdig loopt aan de aders.
De onderkant van de vleugels heeft lichte vlekjes, echter niet aan de basis van de onderkant van de achtervleugel, zoals bij de kommavlinder.