Valse acacia

Klik op de afbeelding voor vergrote weergave met beschrijvende tekst

Valse acacia (Robinia%20pseudoacacia)

De Witte of Valse acacia is geen echte acacia, zoals de Latijnse naam ook al aangeeft - Robinia pseudoacacia, Robinia nep-acacia. De ware acacia behoort tot het geslacht Mimosoideae, onze ′acacia′ behoort tot het geslacht Robinia.

Hoe dan ook, de Robinia is een prachtige boom die je vooral herkent aan de karakteristieke schors. Deze heeft diepe, in verticale richting lopende schorsspleten en dikke schorsribbels, de stam ziet er hierdoor als een waar kunstwerk uit. De schors is groenbruin tot licht bruin gekleurd.
De Robinia bloeit met witte, geurige bloemen in langwerpige, hangende trossen.
De vruchten zijn langwerpige peulen.
Het blad is oneven geveerd. De blaadjes zijn ovaal van vorm en hebben een gave rand. De middennerf steekt als een puntje buiten het blaadje. De steunblaadjes zijn vervormd tot stevige doorns.
Kenmerken van het geslacht Robinia  (Robinia) waartoe Valse acacia behoort.

Robinia is een klein geslacht uit de Vlinderbloemfamilie.
De bekendste soort is Robinia pseudoacacia.

SPECIFICATIES - valse_acacia
familieVlinderbloemenfamilie (Leguminosae of Fabaceae)
info familieKruiden of houtige planten. De bladen staan verspreid, ze zijn meestal samengesteld en hebben steunblaadjes. De bloemen zijn 2-zijdig symmetrisch en staan vaak in trossen. De kelk is meestal 5-tandig.
De bloem bestaat uit 5 kroonblaadjes, waarvan de onderste 2 onderling aan één zijde grotendeels vergroeid zijn. Deze 2 samengegroeide kroonblaadjes omsluiten voor de bloei de meeldraden en de stamper. Men noemt ze de kiel. Het bovenste kroonblad wordt de vlag genoemd. De kroonblaadjes aan weerszijde van de vlag noemt men de zwaarden. De vlag bedekt de zwaarden deels.
Er zijn 10 meeldraden, alle vergroeid of 9 vergroeid en 1 vrij.
Het vruchtbeginsel is bovenstandig, er is 1 vruchtblad. De vrucht is een peul, die meestal met 2 kleppen opengaat.
naam valse_acacia (Robinia pseudoacacia)
waar in bossen op droge grond, vaak op hellingen - aangeplant in steden
bloei juni - juli
kleur wit - bloemen in hangende trossen
blad geveerd, 9-25 blaadjes, eirond of langwerpig-eirond, steunblaadjes vervormd tot doorns
vrucht peul